Al
jarenlang probeert politiek Den Haag (met als hoofdschuldige de
vroegere staatssecretaris van Geel) ons te laten geloven dat
UMTS-signalen niet schadelijk zijn voor onze gezondheid. Van Geel
slaagde er keer op keer in de media te laten melden dat alles wel snor
zat. Dat hij daarvoor onderzoeken manipuleerde (conclusies verkeerd
citeerde) vond hij kennelijk minder belangrijk dan het risico dat de
Nederlandse overheid miljoenen zou moeten terugbetalen aan de
telecommaatschappijen die grof gedokt hadden voor UMTS-licenties.
Gisteren
gaf Heemstra, de huidige staatssecretaris van Economische Zaken (op
vragen van de SP) toe dat een recent rapport van het Agentschap Telecom
alleen iets zegt over de veldsterkte bij de zendmasten maar niets over
de eventuele schadelijke gevolgen voor eraan blootgestelde mensen.
Heemstra kon het overigens toch niet laten om die blootstelling "erg
laag" te noemen - alsof een dergelijke constatering ook maar enige
betekenis heeft zolang niet duidelijk is welke blootstelling nog wel of
niet meer veilig is... (zie de Staatscourant van gisteren).
Zie in dit verband ook mijn artikel "UMTS-straling" ver onder "blootstellingslimiet" van 1 augustus dit jaar. Dit artikel bevat ook links naar mijn eerdere artikelen over deze materie.
Het
gaat in beide gevallen om gebieden die door diverse andere landen
verziekt worden. In Afghanistan zijn dat de VS, Groot-Brittannië en nog
een stelletje VS-medeplichtigen, in de Gaza-strook zijn dat Israel, de
VS en de EU (waarbij het me werkelijk niet duidelijk is of de VS of
Israel de hoofdschuldige is).
In
Afghanistan worden Taliban doodgeschoten, maar voormalig Minister van
Oorlog Kamp was gedwongen om -zij het met lange tanden- toe te geven dat
het verschil tussen een Taliban-strijder en een gewone Afghaan niet
makkelijk vast te stellen is.
Het ANP meldt vandaag (via De Dag)
dat Israel gisteren 'zes leden van de radicaalislamitische
Hamas-beweging' uitgeschakeld heeft. Volgens een woordvoerster van het
Israelische leger ging het om een 'terreurcel' die eerder een
raketaanval op Israel uitgevoerd zou hebben. Volgens Hamas hadden de
vermoorden geen raketaanval uitgevoerd - waardoor het dus zou gaan om
gewone leden van Hamas, de politieke partij die verleden jaar de
democratische verkiezingen won in de Palestijnse gebieden.
Vraagje:
hoe weten de Israeli's dat de slachtoffers betrokken waren bij de
raket-aanval? Dan moeten ze die aanval wel van nabij gezien hebben.
Alleen dan konden ze precies weten wie bij die aanval betrokken waren.
Ander
vraagje: Als ze de aanval gezien hebben, waarom hebben ze dan niet
meteen geschoten, waardoor de raket niet afgeschoten zou zijn - en
waardoor de schuldigen op heterdaad -met het wapen nog in de hand als
het ware- gevonden zouden zijn (al besef ik maar al te best dat dit
soort 'bewijs' supergemakkelijk geënsceneerd kan worden).
Nog
een vraagje: Als ze zeker wisten wie bij die raket-aanval betrokken
waren, hoe konden ze dan zeker weten dat die ook in de beschoten auto
zaten?
Het zal
er wel op neer komen dat ze gewoon een auto met Palestijnen beschoten
hebben in de overtuiging dat de westerse persbureaux de Israelische
(des-?)informatie zonder meer zouden slikken.
Althans dat concludeert het Agentschap Telecom op grond van het rapport Veilige Veldsterkte 2005-2007 van het Antennebureau.
De in Nederland geldende veiligheidslimieten bedragen voor GSM (900
MHz) 41 Volt/meter, GSM (1800 MHz) 58 Volt/meter en voor UMTS (2100 MHz)
61 Volt/meter. Bij de metingen werd in nagenoeg alle gevallen 2
Volt/meter gemeten of zelfs minder. Maximaal werd één maal 10 Volt/meter
gemeten.
Waar maken we ons dan druk over, zou je zeggen? Inderdaad, de gemeten waarden liggen ver onder de "blootstellingslimiet".
Verhelderend (lees vooral tussen de regels) zijn de nobele doelstellingen van het in 2000 vastgestelde Nationaal Antennebeleid:
Het
doel van het Nationaal Antennebeleid is om binnen duidelijke kaders van
volksgezondheid, leefmilieu en veiligheid voldoende ruimte voor
antenne-opstelpunten te stimuleren en faciliteren. Er zijn afspraken
gemaakt tussen het Rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)
en de mobiele telecomoperators. Eén van die afspraken is dat
blootstellinglimieten nooit overschreden mogen worden. Dit om de
veiligheid in de buurt van antenne-installaties en op voor publiek
toegankelijke plaatsen te garanderen.
Het
klinkt allemaal geweldig, maar het betekent niets. Wie heeft tenslotte -
en op basis waarvan- die blootstellingslimiet vastgesteld? Het is maar
al te vaak voorgekomen dat als veilig beschouwde 'normen' moesten worden
bijgesteld. Het is onmogelijk om over de korte tijd dat GSM- (en zeker
UMTS-) antennes het Europese landschap ontsieren ook maar enig inzicht
te hebben over de risico's op lange termijn.
En
het is ook beslist niet de eerste keer dat iets toch niet zo veilig
bleek als door de overheid gesteld werd. Denk maar aan het slaap- en
kalmeringsmiddel thialomide (in Nederland verhandeld onder de naam Softenon),
dat rond 1960 wereldwijd zo'n 15.000 misvormde kinderen opleverde (het
aantal slachtoffers in Nederland heb ik niet kunnen achterhalen).
Het
bovengenoemde rapport geeft in de inleiding aan dat de
blootstellingslimieten afkomstig zijn van de ICNIRP (International
Commission on Non-Ionizing Radiation Protection), een 'onafhankelijke'
organisatie van wetenschappers. Deze aanbevelingen uit 1998 (!) zijn
opgesteld aan de hand van "alle wetenschappelijke publicaties op dit
gebied" zijn op advies van de Raad van Ministers van de EU door
Nederland overgenomen.
De
rest van het rapport is verder (voor mij) weinig interessant. Ik ga er
althans van uit dat de inhoud correct is. Het gaat mij vooral om de
manier waarop gegevens benaderd worden. de ICNIRP heeft in 1998 "alle
wetenschappelijke publicaties op dit gebied" bestudeerd. Wanneer iemand
op zó absolute toon beweert "alles" geanalyseerd te hebben, vertrouw ik
het al bij voorbaat niet, want dat is ten enenmale onmogelijk; zelfs met
de toevoeging van "relevante" zou het nog ongeloofwaardig zijn.
Maar
zelfs, gestéld dat ze alles wat in 1998 bekend was, bestudeerd hadden,
dan geeft dat de Nederlandse overheid nóg niet het recht om in 2007 op
grond van de conclusies van die commissie het beleid te baseren.
Sedert
1998 is in ieder geval reeds een -zeer gedeeltelijk (zal anders weer
wel te veel geld gekost hebben)- onderzoek gedaan door het TNO (in
2003), waarbij alleen de invloed op het "welbevinden" en de "cognitieve
vaardigheden" onderzocht zijn. Verder is daarná een "Zwitsers"
onderzoek uitgevoerd, waarvan de Duitse samenvatting (het volledige
onderzoek heb ik niet kunnen vinden) ongedateerd is, maar wél verwijst
naar het TNO-onderzoek van 2003, dus recenter moet zijn). Dit "Zwitsers"
onderzoek werd door toenmalig staatssecretaris Van Geel (bekend van de
vergunningen voor gifschepen) gemanipuleerd en misbruikt om "aan te
tonen" dat UMTS-straling veilig was...
Ik
geef hierna nog maar eens de links naar mijn eerdere artikelen over de
manier waarop wij in de onzekerheid worden gehouden over de
UMTS-antennes:
UMTS - of: Rampenrégime in Nederland. Hoe lang nog? (15.09.2006)
UMTS (vervolg) - Of: hoe we belazerd worden door 'onze' regering (16.09.2006)
Cijfermatige belazerij (27.09.2006)
Geld telt, mensen niet! (14.10.2006)
Weer halve waarheid verabsoluteerd (09.11.2006)
De GSM/UMTS-mafia kan weer rustig slapen (08.12.2006)
UMTS nog steeds niet bewezen veilig (13.01.2007)
Toch bang voor schadeclaims? (23.06.2007)
Het
leuke is dat er een heel veilige oplossing is. Overal liggen al
telefoonkabels in de grond, dus wat let de telecom-bedrijven overal bij
parkeerplaatsen, of buiten de steden bij vluchtstroken en langs
fietspaden, antennes te bouwen?
Mensen
die iets te melden hebben, parkeren bij zo'n paal (of stappen van hun
fiets) en doen hun zegje. De signalen van die paal hoeven niet het hele
land te bestrijken, maar uitsluitend een gebied met een straal van
pak-weg 100 meter en zijn dus veel zwakker, want de communicatie van de
paal naar de bestemmeling gaat gewoon per kabel. Mocht bovendien na
verloop van tijd blijken dat de door de ICNIRP bedachte (bij elkaar
gegoochelde, kun je beter zeggen) blootstellingslimieten veel te ruim
bemeten zijn, dan zijn er in ieder geval veel minder mensen veel minder
lang en sterk blootgesteld geweest...
En
dat zou bovendien weer heel wat rust opleveren in de trein, waar we
voortaan niet meer onderworpen zullen worden aan de terreur van halve
telefoondialogen, die (ter compensatie?) op dubbele geluidsterkte worden
gevoerd. Als ervaringsdeskundige weet ik na het jarenlang dagelijks
aanhoren van trein-telefonie dat het altijd om triviale dingen gaat ("ik
zit nu in de trein en ik ben op de gewone tijd thuis") of om zaken die
niet in openbare ruimten thuishoren (zoals van een door haar vriend
gedumpt meisje, dat gedetailleerd uitlegde wat ze allemaal nog voor hem
had willen doen; of van een man die -kennelijk na een eerste nacht met
iemand anders- met een onvoorstelbare luxe aan bijzonderheden nog eens
meende behoefte te hebben aan een nabespreking over de voorafgaande
nacht).